In de vroegere tijden was kinderloos blijven een van de grootste zonden die een Chinees kon begaan. Immers, Confucius zei: Er zijn drie manieren om je ouders niet te gehoorzamen. En de ergste ervan is de familiedraad niet door te zetten. Wat men hier de liefdesdaad noemt, werd in China, duizenden jaren lang, voornamelijk als een plicht beschouwd. Niet dat Chinezen zich zonder liefde en plezier van die taak hebben gekweten, hoor, met 1,3 miljard mensen als resultaat.
Zou het kunnen zijn dat het feit dat de Chinese cultuur, een van de vier oudste beschavingen, nog steeds springlevend is, te danken is aan zijn eeuwenlange nadruk op het voortzetten van de bloedlijn? Zo ja, valt het best te begrijpen waarom Chinezen de ‘jongeheer’ zonen- en kleinzonenwortel noemen. Uit eerbied voor het lichaamsdeel waarmee kinderen verwekt worden.
Vraag: Hoe zag men vroeger in Nederland de liefdesdaad? Voornamelijk als een bron van plezier of ook als een must om het gezin uit te breiden?