Chinese stereotypen man-vrouwrelatie, 3
Een vrouw kan beter twee ronde borsten hebben.
Een man kan beter een opbollende portemonnee hebben.
(Vertaald uit een Chinees artikel over stereotypen man-vrouwrelatie)
Toelichting
Als Chinese kan ik deze ‘wijsheid’ beter ‘waarderen’ dan een gemiddelde Nederlander, vermoed ik. Waarom?
Eerst wat achtergrond informatie.
In mijn vorige blog had ik het over het concubinesysteem in oud China. Het klonk negatief dat een man er zoveel bijvrouwen opna hield, maar had het geen positieve kant? Volgens de yin en yang theorie heeft alles positieve en negatieve aspecten en dat geldt ook voor het concubinesysteem in het vroegere China. Veel mensen in het Westen associëren, volgens mij, het hebben van veel concubines met het genieten door de man van gevarieerde seksuele partners. Dat is maar deels waar.
De voornaamste reden waarom sommige mannen in het oude China veel bijvrouwen bezaten, was prozaïscher dan een gemiddelde westerling denkt. Namelijk, ze deden het uit economische overwegingen. Hoe groter het gezin destijds was, hoe lucratiever de productie-eenheid werd. De leefomstandigheden, de landbouwsituatie en het feodale systeem waren zodanig dat een groter gezin meer overlevingskansen had dan een kleinere . Hoe kon een man zoveel mogelijk kinderen krijgen? Door verschillende vrouwen te bevruchten.
Dit nam niet weg dat mannen gaandeweg de smaak te pakken hadden gekregen en het bevruchten als bijzaak gingen beschouwen en het genot als hoofddoel. Dat mocht ook wel – ik praat die mannen met veel vrouwen niet goed, maar ik probeer een complexe problematiek tegen een historische achtergrond te houden.
Het huwelijk dat een man met zijn eerste vrouw sloot was vrijwel nooit uit liefde. Gearrangeerd huwelijk heette dat. Naarmate de man ouder werd, ontdekte hij zijn diepere gevoelens en persoonlijke behoeften. Als hij zijn tweede of derde bijvrouw nam, liet hij wel zijn persoonlijke voorkeur een rol spelen. Dat was dan ook mogelijk omdat hij financieel onafhankelijker was geworden dan toen hij pas trouwde, meestal op zijn zestiende of achttiende jaar. Dat wilde niet zeggen dat hij zijn hoofdvrouw mocht dumpen. O nee.
Om het grote gezin – een lucratieve productie-eenheid – intact te houden, golden er strenge familieregels, noem ze gerust ongeschreven wetten. Een ervan was dat de man al zijn vrouwen moest onderhouden. Of hij met sommigen van hen eens per jaar vree of niet. Dit leidde tot een traditie die heette: ‘Xixin bu yanjiu’. Letterlijk vertaald: ‘De man houdt van zijn jongere en sappigere bijvrouwtjes, maar hij zet zijn oudere en minder aantrekkelijke eerdere vrouwen niet op straat’. Het was destijds geen schande dat een man een concubine aanschafte, maar hij werd met de nek aangekeken als hij haar voorgangers als versleten kleren aan de voddenman meegaf. Dat was pas verwerpelijk.
De volgende keer leg ik jullie uit waarom ik de spreuk helemaal bovenaan de tekst beter kan ‘waarderen’ dan een gemiddelde westerling.
Foto: Helaas is mijn voorgevel aan de bescheiden kant.
Fotograaf: Roger Voorn.