Respect voor critici en referentiekader
Morgen ga ik een lezing geven in Lommel ter viering van de Internationale Vrouwendag, (info: zie Agenda op de site.)
Ik zal daar geen mannenhatende uitspraken doen, want ik houd van al mijn medemensen, ongeacht naar welk toilet ze voorsorteren.
Ik hoop dat mijn vorige blog jullie geen verkeerde indruk heeft gegeven, want ik heb veel respect voor literaire critici. Ze zijn in een zekere zin kwaliteitscontroleurs. Zonder hen zou er wildgroei in het literaire landschap ontstaan. Onkruid zou de tuin overwoekeren. Alhoewel, hoe zit het met de spreuk ‘Onkruid vergaat niet’?
Ik dank critici voor hun vakkundig inzicht. Mede door hun kritiek leer ik van mijn fouten en groei ik in mijn schrijverschap.
Het neemt niet weg dat ik me soms afvraag of hun referentiekader niet geüpdatet moet worden – Microsoft 8 komt eraan, bijvoorbeeld.
Honderden jaren lang konden vrouwen mede door het geloof en de economische omstandigheden niet naar school. De meeste literaire werken zijn tot voor kort door mannen geschreven. Als criticus belezen zijn is ongetwijfeld een pluspunt, maar daar zit ook een nadeel aan. Hun referentiekader is dan grotendeels gevormd door de literatuur van de afgelopen eeuwen. Het is niet ondenkbaar dat de bril die recensenten dragen gekleurd is door de mannelijke invalshoek en voorkeuren. Met als gevolg dat wat vrouwelijke auteurs schrijven niet altijd past in dat kader.
Zou dat een reden zijn waarom een werk over de mannelijke intieme delen als je hoogste literatuur bejubeld wordt en een werk over de vrouwelijke als chiclit wordt afgedaan?
Microsoft 7 was goed, maar het werd tijd voor versie 8.
Lieve en respectvolle weekendgroet,
Lulu
Foto: Theo Benschop.