Interview met Lulu Wang, de krant Den Haag Centraal, over de multimedia en interactieve Book App en papieren boek Nederland, wo ai ni (NL) en Regenland, wo ai ni (BE)
Naar aanleiding van uitgave Nederland, wo ai ni (NL, 12,50 euro papieren boek, 2,99 book app en ebook, klik hier om te bestellen / Regenland, wo ai ni (BE, 12,50 euro papieren boek, 2,99 book app en ebook , klik hier om het boek te bestellen of downloaden)
2012
In haar frêle gestalte verenigt de auteur Hollandse koopmansgeest met Chinees optimisme en doorzettingsvermogen. Lulu Wang woont intussen al zevenentwintig jaar in Nederland. Op haar spraakmakende debuutroman Het Lelietheater (1997) volgden meer internationale successen. De commerciële luwte in de letteren inspireerde haar tot de interactieve Boek App ‘Nederland, wo ai nie’. Op 9 juni lanceert zij ‘Nederland, ik houd van jou’ tijdens een concert van het Residentie Orkest in de Dr Anton Philipszaal.
Zij werd als enig kind geboren in een traditioneel Chinees gezin waar discipline en hard werken voor tederheid kwamen. Lulu studeerde Engelse taal en letterkunde aan de Universiteit van Bejing en reisde op haar vijfentwintigste de vrijheid tegemoet. Haar Nederlandse bestaan begon als docent Engels in Maastricht.De vorm van onderwijs, met experimenten alsprobleemgestuurd onderwijs, spraken haar aan. “Ik vond hier de weldadige vrijheid om allerlei methodes te beproeven.Een cultuuromslag van jewelste om mij opgenomen te weten in het vooruitstrevendeNederland waar harmonie heerste. Harmonie ervoer en ervaar ik, afkomstig uit een land waar mensen destijds alleen maar met elkaar aan het vechten waren, als een groot goed.”
Wang verliet China met deheftige Culturele Revolutie (1966-1976)vers in haar geheugen. ‘Het Lelietheater’ is gebaseerd op haar persoonlijke ervaringen in een heropvoedingskamp gedurende deze periode van onderdrukking, een terugkerend thema in haar romans.In 1985 stond haar land aan de vooravond vaneen ingrijpende transitie van volledig door de staat beheerste rigide samenleving naar boomingwereldeconomie waar nog maar 30% van de bedrijven in staatshanden is.
“De ontwikkelingen heb ik op de voet gevolgd, zij het op afstand, maar dankzij de digitale communicatiemiddelen lees ik nog iedere dag Chinese kranten. Op het moment dat ik in Nederland arriveerde, beleefde Europa een glorietijd: nu maak ik het continent mee in zijn winterperiode. Dat is niet slecht – na winter volgt altijd weer zomer. Dat bomen hun blad verliezen is evenmin rampzalig, want iedere lente worden ze opnieuw groen. Alleen in de tropen heerst louter zomer, maar dat berust niet op een keuze. Na een periode van strijd volgt samenwerking en bloei; ik beschouw de huidige economische ontwikkelingen als organisch. De wereld bestaat uit communicerende vaten. Hoe sterker het Oosten, hoe zwakker het Westen en omgekeerd. Het Westen is de afgelopen tweehonderd jaar sterk geworden dankzij de Verlichting, de industrialisatie en toch ook wel het kolonialisme. Door de dans tussen Oost en West, Zuid en Noord ontstaat er een kortstondig evenwicht, waarna de dans opnieuw begint. Een lang evenwicht leidt alleen maar tot stilstand. Ook geluk is als een rivier die moet stromen.”
Yin en yang
Wang houdt duidelijk van beweging. Onophoudelijk fladderend zetten haar kleine handen de woorden kracht bij, soms slaat zij ze voor haar gezicht en giechelt meisjesachtig. In de vrijheidslezing die zij vorig jaar op het Haagse Bevrijdingsfestival uitsprak, stond zij uitgebreid stil bij de Chinese begrippen yin en yang. Yin en yang hebben ook te maken met een zekere balans, maar bovenal met complementariteit. Yin kan daarbij in yang verkeren en andersom. Het algemeen belang gaat in haar moederlandaltijd bovenhet individuele. Chaos en instabiliteit zijn het ergste wat haar moederland China met zijn 1,3 miljard bewoners kan overkomen.
“Nederland is prachtig. Wonderbaarlijk hoe een klein land, met zo weinig grond boven zeeniveau, tussen honderden grotere naties tot de economisch sterkste landen blijft behoren. Op het terrein van sport, dans, architectuur en vele andere disciplines doen we er op mondiale schaal eveneens wel degelijk toe. De economische dip zie ik als tijdelijk. Laten we ons niet langer richten op elkaars zwakten, maar op zoek gaan naar wat we voor elkaar kunnen betekenen. Samenwerken, ook vanuit goed begrepen Nederlands eigenbelang: what’s in itfor me?” Een schaterlach volgt.Niet bij de pakken neerzitten, luidt haar devies. Ook in haar persoonlijk leven. Iedereen kan met de wolven in het bos meehuilen dat er nog maar zo weinig gelezen wordt, maar een oplossing zoeken om toch het lezerspubliek te bereiken is constructiever.
“Klagen heeft geen zin, het is beter om het probleem bij jezelf te leggen. Wat kan ik eraan veranderen? Ik kwam tot de conclusie dat jongeren op een andere manier zijn gaan lezen. Via sociale media zijn ze de hele dag met tekst bezig, niet langer op de traditionele wijze met zware boeken in hun hand. Zo ben ik op de gedachte gekomen van de Boek App.Waarvoor ik mijn eigen uitgever ben geworden.”
‘Nederland, wo ai ni’: ‘ik houd van jou’ is haar tiende in het Nederlands geschreven werk. Ze slaat haar iPad open en klikt door de kleurrijke App. Een interactieve reeks vertellingen vanuit het perspectief van een Chinees meisje dat Nederland voor het eerst aanschouwt. De foto die het eerste verhaal begeleidt is – hoe kan het anders – identiek aan Wangseigen eerste impressie van Nederland. Een bewolkte lucht waartegen zich wel vijf molens aftekenen, met als corresponderend Chinees beeld een dame die zich met parasol tegen de zon beschermt. “Chinezen houden niet van de zon.” De App-lezer kan deinstellingen via een eenvoudig keuzemenu wijzigen – met of zonder muziek; meisje of jongen; dag of nacht – en op iedere tekst reageren of via Lulu Wang in contact komen met andere lezers. Zij heeft haar bloemrijke schrijfstijl aangepast aan het nieuwe medium.“In het scherm is geen plaats voor lange zinnen, dus ik beperk me tot hooguit acht à negen woorden. Korte verhalen, zodat niemand tijd krijgt om zich te vervelen. Ieder verhaal biedt de mogelijkheid tot directe reactie. Reageren is wat jongeren continu doen, ze slikken niets meer voor zoete koek.”Ze giechelt. “Misschien ga ik een tweede boek schrijven op basis van alle reacties en nieuwe ideeën die ik opdoe tijdens deze nieuwe manier van werken.”
Tulp
“Vroeger gaf ik een lezing voor 50 tot 200 mensen die mij aanhoorden, eventueel vragen stelden en daarmee was de kous af. Nu kunnen mensen aan de hand van een ingebouwd forum online met mij communiceren. Of met elkaar, achteraf, of direct, in een soort chatroom waar ik lezers kan binnenleiden. Voor de productie van deze Appzijn muziek, illustratie en literatuur samengebracht.”
Door de Boek App vinden vijf disciplines elkaar tijdens de presentatie op 9 juni. De musici van het Residentie Orkest met werken van Nederlandse componisten, de kunstenaar voor de illustraties, de fotograaf voor de landschappen, lezers en luisteraars in de zaal én haute couture voor de auteur.
“Iedereen kent mij in Chinese kleren; voor deze avond heb ik een ontwerper bereid gevonden speciaal voor mij een tulpenjurk te ontwerpen. Ik wil als een bewegende tulp, mooi symbolisch, het podium betreden.”
Haar partner komt fluitend de trap af om in de keuken te verdwijnen. Even later maakt een verlokkelijke geur van rijst en kruiden duidelijk dat de Aziatische keuken nog altijd alle eer wordt bewezen, zoals ook de inrichting van het huis in Oosterse richting wijst.
“Mijn man is een in Indonesië geboren Chinees die aan de TU Delft zijn opleiding heeft gevolgd. We hebben elkaar in Nederland ontmoet en zijn al 26 jaar gelukkig samen. Helaas spreekt hij geen Chinees. Hij is veel meer Nederlands dan ik, merk ik aan zijn reacties. In mijn reflexen ben ik nog altijd Chinees. Bij een vergelijking zal ik bij voorbeeld nooit spreken over bloembollen maar alleen over Chinese roos of jasmijn, de bloemen uit mijn jeugd.”
Zij woont nu al langer in Nederland dan in haar geboorteland. In de bekende discussieprogramma’s op tv probeert Wang bij netelige kwesties over China en mensenrechten de doorgaans zwart-witte uitgangspunten te nuanceren. Toch ziet zij zichzelf niet als ambassadeur.
“Zo ik iets kan betekenen voor de relatie tussen beiden landen, dan is het wel vanuit een brugfunctie. Afkomstig uit een land dat volop strijd kent, weet ik hoe gevaarlijk het is om in kampen te denken. Polarisatie moet voorkomen worden. Nu de Amerikaanse macht aan het tanen is, volg ik de Chinese opkomst kritisch. Als China politiek, economisch en militair de sterkere zou worden, hoop ik niet dat zij de scepter zullen zwaaien op dezelfde wijze als Amerika dat heeft gedaan.”
Tweede Gouden Eeuw
Ze sluit niet uit dat zij haar boek ‘Nederland, wo ai ni’ ooit in het Chinees zal schrijven, om Nederland in China te promoten. In eenvoudig Chinees: “De economische groei heeft weliswaar honderden miljoenen Chinezen boven de armoedegrens getild, maar het opleidingsniveau van een gemiddelde Chinees ligt nog vele malen lager dan dat van Jan Modaal in Nederland.Eerst wil ik afwachten hoe deze app zich ontwikkelt. Ik hoop als auteur te kunnen overleven – het is een zware investering geweest – maar als het financieel binnen mijn mogelijkheden ligt, lijkt me dat fantastisch. Nederland is een waardevol land met geweldige bewoners, waarover Chinezen te weinig weten. Ze zijn heel nieuwsgierig naar het Westen en zouden een virtueel verhalende introductie over Nederland zeker waarderen. Dat kleine land dat in de Gouden Eeuw het geld als middel zodanig belangrijk maakte dat allerlei speculatieve bijproducten (derivaten) hier hun oorsprong vinden.” Ze giechelt. “Eén kilo tulpen was op een gegeven moment een grachtenpand waard. Het bankieren is hier uitgevonden, de aandelenbeurs is in Nederland groot geworden.”
De toekomst van Nederland ziet zij allerminst somber in. “Als we het goed aanpakken, kan Nederland in een tweede gouden eeuw belanden. Juist als klein land kan het gemakkelijk bijsturen en wenden.” Er zal enige stroperigheid moeten verdwijnen.
Bekvechten
“Voordat er een beslissing genomen wordt, zijn we hier vele vergaderingen en máánden verder. Ik was in maart in Bejing en zag tot mijn verbazing midden in een drukke woonwijk een grote ringweg die er een half jaar tevoren nog niet was. Een vriend in een van de vele torenflats die Bejing rijk is, ontdekte toen hij ’s ochtends uit zijn raam keek dat er in een nacht tijd een park was aangelegd, compleet met gras en bomen. Die snelheid is betrekkelijk nieuw.
Op het moment dat ik naar Nederland vertrok, verliep de besluitvorming in China ook traag. Ieder idee ketste af op de vraag: waarom zouden we het doen? Men was voortdurend aan het bekvechten, net als nu in Nederland. Voor of tegen Wilders, 3 of 4%, wel of geen hypotheekrente aftrek et cetera. Laten we toch met ons allen de economie proberen op te bouwen. Bouwen is beter dan energie steken in het verdelen van (te) weinig.”
Zij woont al dertien jaar vlakbij zee, in de Vogelwijk. “Den Haag heeft alles. De allure en gemakken van een grote stad maar ook schoonheid en rust. Er zijn maar weinig grote steden met zoveel groen, uitgestrekte prachtige parken en dan ook nog de zee. Den Haag doet op slimme wijze zaken met China. Ons China Town is chiquer dan het Amsterdamse. Qua cultuur en het behouden dan wel aantrekken van festivals moeten we nog minder passief worden.Chic en brutaal kunnen wonderwel samengaan. Kijk naar Parijs en London.Hechte samenwerking is de weg naar revival. Hier ligt een eerste voorbeeld.” Ze geeft een gedecideerde klap op haar iPad.
Vera de Jonckheere
Foto: Lulu tijdens haar lezing Capelle a.d. IJssel, sept. 2013