Lachen na huilen
Over een paar dagen word ik eenenvijftig jaar – ik laat hierbij het woord ‘oud’ achterwege en vind het niet gepast ‘jong’ te gebruiken. Vandaar.
Als je mij vraagt hoe het voelt zoveel ringen in mijn levensboom te hebben, kan ik er kort over zijn. Te weten: ik heb door schade en schande leren kiezen. Kiezen voor lachen. Niet dat huilen zo vervelend is. Je moet eens weten hoe ik jarenlang gezwolgen heb in verdriet. Zeven van mijn negen uitgegeven boeken zijn er onweerlegbare bewijzen van. Als je mij toen zou vragen wat genot voor mij betekende, zou ik antwoorden: niets gaat boven mezelf zielig vinden. En anderen er de schuld van geven. Zo zuinig als ik was, ik had er stapels geld voor over om bij therapeuten en psychologen uit te huilen. Toen gold het voor mij: een dag niet gejankt, een dag niet geleefd.
Totdat ik merkte dat dat huilen verslavend werkte. Het luchtte eventjes op, snel daarna snakte ik naar meer ‘redenen’ om tranen te produceren. Bovendien, met het klimmen van jaren heb ik hoe langer hoe minder fut om diep te graven in de ongelukkige onderlagen van mijn psyche. Ik snap hoe langer hoe beter waarom ouderen zeggen: ‘I have seen it. I have done it.’ Ik ben er klaar mee.
Du moment dat ik besloten heb de zonnige kant van het leven te zien, pas ik voor elke verleiding om verdrietig te worden. Zodra ik dreig mezelf zielig te vinden, denk ik aan apen in december. Ze zitten op een natte boomtak te bibberen, van de kou en van het gebrek aan perziken die daar niet meer aan hangen. Dan ben ik zo blij dat ik hoog en droog zit. Genoeg appels en peren om van te smullen en voldoende koekjes om ze, omwille van mijn figuur, links te laten liggen, om op een onbewaakt moment een stuk of drie naar binnen te proppen.
Toen ik jong was, had ik zoveel energie dat ik, na hartverscheurend verdriet te hebben gevierd, toch genoeg fut overhield om verder te gaan. Nu ik niet meer moeders jongste ben, heeft Het Leven mij geleerd om de krachten die mij resten enkel en alleen te gebruiken voor leuke dingen. Ik sta er telkens van te kijken hoe Het Leven alles in evenwicht houdt.
Ik ben over de vijftig en tevreden.
Foto: Xiaoling Huang